Ga naar de inhoud

De effecten van de lockdown op de ILT

Tijdens de lockdown kon de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) minder op locatie inspecteren. Dat zorgde voor een stroomversnelling in alternatieve en creatieve manieren om toezicht te blijven houden. Door bestaande digitale data beter te benutten en door beter samen te werken met diverse partijen. Fred Jansen van de ILT vertelt hoe de inspectie er nu voor staat, aan het begin van een tweede coronagolf.

Toezichthouder ILT zit achter zijn computer te werken

“Iedereen in Nederland heeft het meegemaakt: van de ene op de andere dag aan huis gekluisterd zitten door corona”, vertelt projectleider bij ILT, Fred Jansen. “Dat gold ook voor veel van de inspecteurs van de ILT. Een dikke 2,5 maand konden we een groot aantal inspecties in het veld niet meer doen. Dus moesten we inventief zijn door zicht te houden op mogelijke risico’s en onze capaciteit slim in te zetten. Na meldingen of bij incidenten inspecteerden we natuurlijk ook tijdens de lockdown. Wel behoedzaam, goed toegerust met extra beschermingsmiddelen en volgens de coronaregels.”

Risico’s van de lockdown

Deze bijzondere periode gaf Jansens afdeling de kans om extra te reflecteren op het werk. Hij maakt namelijk onderdeel uit van het team dat de IBRA maakt. Dat is de ILT-brede risicoanalyse. Hij legt uit: “Wij publiceren elk jaar deze 120 pagina’s tellende lijst met grootste risico’s voor mens en milieu. Via de IBRA bepalen we waar we op inzetten en waar die inzet het meeste oplevert voor de samenleving.”

Fred Jansen
Fred Jansen

In maart zat het team van Jansen in de laatste fase voor het updaten van de IBRA. “Even twijfelden we of we die lijst wel zouden uitbrengen, omdat ons toezicht er tijdens een lockdown ineens anders uitzag. We besloten er wel mee door te gaan, maar daarnaast zijn we ook de specifieke risico’s van de lockdown in kaart gaan brengen. Daarvoor spraken we met alle teams binnen de verschillende onderdelen van de ILT – van luchtvaart tot wegvervoer en van emissies tot biociden.”

“Tijdens de lockdown zagen we al snel verschillen in risico’s. De luchtvaarsector lag bijvoorbeeld zo goed als stil, maar de afvalsector ging door.”

Zo bracht het IBRA-projectteam voor alle onderdelen de risico’s tijdens de lockdown in beeld. “Al snel zagen we verschillen in risico’s en dat lag er vooral aan of een sector tijdens de lockdown doorging. De luchtvaarsector lag bijvoorbeeld zo goed als stil, maar de afvalsector ging door en kreeg een flinke klus erbij door het toegenomen (corona)ziekenhuisafval. Ook de transportsector ondervond weinig hinder van corona, vrachtwagens reden af en aan over zo goed als verlaten wegen.”

Beperkte informatiepositie

Een belangrijke conclusie van deze lockdown-analyse: de informatiepositie van de inspectie is voor sommige onderdelen grotendeels gebaseerd op eigen waarnemingen en inspecties. “’Tijdens de lockdown misten we de mogelijkheid om met eigen ogen te kijken of iets wel gaat zoals het moet’, hoorden we van de inspecteurs”, vertelt Jansen. “Nu heeft dat nadeel ook positieve kanten. In alle sectoren maken we namelijk naast fysieke controles ook gebruik van data. We hadden nu de tijd om die data beter te benutten en te kijken welke digitale alternatieven er zijn om toch een goed beeld te krijgen. We vragen nu veel meer gegevens en documenten digitaal op. Omdat bedrijven en organisaties veel digitaal vastleggen, kunnen we ook met terugwerkende kracht inspecteren.”

Nu er weer strengere maatregelen vanuit het kabinet zijn aangekondigd, neemt de ILT de lessen uit het voorjaar mee.

Meer toezicht op afstand

Nu er weer strengere maatregelen vanuit het kabinet zijn aangekondigd, neemt de ILT de lessen uit het voorjaar mee. “Het belangrijkste is dat we voor alle sectoren waar we toezicht op houden onze informatiepositie blijven verbeteren”, stelt Jansen. “Het verschilt per sector hoe goed die positie al is. Zo wordt er voor onze Autoriteit woningcorporaties (Aw) al ontzettend veel vastgelegd. Collega’s konden voor de Aw eigenlijk al het toezicht probleemloos vanachter hun bureau doen. Maar er zijn nog genoeg onderdelen waar we meer kunnen werken met realtime data, zodat we ook in een nieuwe lockdown toezicht op afstand kunnen houden. Een proces waarin we al zaten, maar dat we nu versneld uitvoeren.”

Meer ogen en oren

Meer informatie over een sector krijgt een inspectie ook door samenwerking met andere toezichthouders. “Zo merkten we in de luchtvaart dat de informatie van de douanediensten onmisbaar was. Deze ogen en oren op de grond zijn niet alleen tijdens een lockdown heel waardevol, maar ook tijdens de huidige maatregelen. Het is nu niet gewenst om met een grote groep te inspecteren.” Zo brengt de coronacrisis volgens Jansen nog iets goeds: de bestaande samenwerking met andere inspecties heeft een flinke boost gekregen. “En voor de ondertoezichtstaanden is er ook een mooie bijkomstigheid. Hun toezichtlast daalt, want zij krijgen minder bezoek terwijl ze onder dezelfde hoeveelheid toezicht staan.”

“De lockdown heeft toezicht op afstand binnen de ILT belangrijker gemaakt én het heeft veranderingen die we al hadden ingezet, versneld.”

Meer en sneller vernieuwen

De lockdown van het voorjaar heeft het belang van vernieuwing van het toezicht van de ILT bewezen. Jansen: “Na onze reorganisatie vorig jaar hadden we al nieuwe afdelingen die zich met innovatie bezighouden. En het bestaansrecht van het Innovatie- en datalab – dat al langer bestaat en zich inzet voor datagedreven oplossingen binnen de inspectie – is door corona nog duidelijker geworden. Zij kijken onder andere hoe we ons toezicht deels met drones kunnen uitvoeren. En hoe we onze vergunningen en aanvragen zoveel mogelijk kunnen digitaliseren.”

Het nieuwe normaal

Jansen vat de veranderingen samen: “De lockdown heeft toezicht op afstand binnen de ILT belangrijker gemaakt én het heeft veranderingen die we al hadden ingezet, versneld. We hoeven nu minder naar buiten. Dat is coronaproof en helpt ons nu we in een tweede coronagolf terecht zijn gekomen.”