“Voorlichting en educatie verbeteren de verkeersveiligheid”. Je hoort het te pas en te onpas. Peter van der Knaap, directeur van Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid, noemt het in zijn column een hardnekkige misvatting. Het gedrag van mensen verander je niet met voorlichting, maar wel met een slimme weginrichting en handhaving.

“Van alle verkeersongevallen wordt 90 procent veroorzaakt door menselijk gedrag.” Het is een van de grootste dooddoeners in discussies over verkeersveiligheid. Degene die het zegt, doet vervolgens vaak een oproep voor méér voorlichting, campagnes en verkeerseducatie. Volgens de gedachte dat weggebruikers die geïnformeerd zijn over risico’s en het juiste, veilige gedrag zich ook veiliger gaan gedragen. Bovendien zouden deze maatregelen goedkoop zijn, snel uitgevoerd kunnen worden, een duidelijke signaalwaarde hebben en niet te veel weerstand opleveren.
“De mens is helemaal niet zo rationeel als we lange tijd dachten.”
Klinkt het te mooi om waar te zijn? Dat is het vaak ook. De mens is namelijk helemaal niet zo rationeel als we lange tijd dachten. Daarnaast wordt te vaak ‘vergeten’ dat ons verkeersgedrag vooral wordt bepaald door het verkeerssysteem. Een goede weginrichting, voertuigtechniek en verkeershandhaving zijn óók maatregelen die te maken hebben met gedrag. Sterker nog: vooral déze factoren beïnvloeden het gedrag van weggebruikers.

Peter van der Knaap is voorzitter van Vide, de beroepsvereniging van professionals in toezicht, inspectie, handhaving en evaluatie en directeur van de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV)
Gedragsproblemen
Elke dag weer zien we voorbeelden van hoe riskant verkeersgedrag de verkeersveiligheid negatief beïnvloedt. Rijden onder invloed van alcohol of drugs, de snelheid overtreden, afgeleid zijn door je telefoon en een rood stoplicht negeren. Stuk voor stuk gedragsproblemen waar we maar moeilijk vanaf komen.
Een paar veelzeggende cijfers. Het aantal drankrijders nam de afgelopen jaren sterk toe. In 2017 had 1,4 procent van de bestuurders een te hoog alcoholpromillage. Twee jaar later was dat 2,3 procent. Metingen in Amsterdam laten zien dat snorscooterrijders gemiddeld 31 kilometer per uur rijden; maar liefst 74 procent van hen overschrijdt de maximale snelheid van 25 kilometer per uur. En het aantal processen-verbaal voor het negeren van een rood kruis steeg in 2020 met 55 procent naar bijna vijfduizend.
Weinig bewijs
U denkt misschien: allemaal typische voorbeelden van ongewenst gedrag waar voorlichting en educatie kunnen helpen? Dat is nog maar de vraag… Er is opvallend weinig onderzoek gedaan naar de effectiviteit van voorlichting, campagnes en verkeerseducatie. Vaak is daar geen geld voor, maar de evaluaties die wél zijn gedaan, laten meestal geen overtuigend bewijs voor effectiviteit zien. ‘It is well established that driver education and public safety campaigns are ineffective’, zegt evaluatie-expert Howard White over de nieuwe ‘Decade of Action for Road Safety’ van de Verenigde Naties. Alleen met een heel goede aanpak, focus op algemene vaardigheden en een lange adem heeft verkeersveiligheidseducatie enige positieve effecten. Zo vat verkeersveiligheidsonderzoeker Jean-Pascal Assailly het samen.
“Er is opvallend weinig evaluatieonderzoek gedaan naar de effectiviteit van voorlichting.”
Weten is nog geen doen
Het stijgend aantal drankrijders maakt duidelijk dat zelfs de lang volgehouden Bob-campagne niet voldoende is. Het veranderen van menselijk gedrag is notoir moeilijk, zo stellen onderzoekers keer op keer vast. Veel gedrag is onbewust en bestaat uit automatismen: routines en keuzes die we uit gewoonte maken. De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) waarschuwt dan ook voor een te sterk geloof in ‘de theorie van de rationele mens’. De titel van hun rapport ‘Weten is nog geen doen’ vat het probleem goed samen.
“Zelfs een lang volgehouden verkeerscampagne helpt mensen niet om zich anders te gedragen in het verkeer.”
Mensen zijn hardleerse gewoontedieren. Niet voor niets ging de Bob-campagne altijd gepaard met een stevige handhavingsinzet door de politie. Laat nu juist die verkeershandhaving sinds 2008 behoorlijk onder druk staan. En hoewel het aantal staandehoudingen de laatste jaren voorzichtig weer wat verbetert, zorgen razendsnelle waarschuwingen via sociale media ervoor dat de ‘pakkans’ van alcoholcontroles onder druk staat. Ook het schrappen van het alcoholslot helpt niet.
Goede weginrichting
Dat ongewenst verkeersgedrag snel en goedkoop kan worden verholpen met voorlichting of educatie is een hardnekkige misvatting. Maar hoe beïnvloeden we het gedrag van verkeersdeelnemers dan wel positief? Het begint met een goede weginrichting die de weggebruiker geen andere keuze geeft dan zich aan de regels te houden. Neem een 30 kilometerzone die – mits goed aangelegd – de weggebruiker overhaalt om zich automatisch verstandig te gedragen in een woonwijk. Dankzij een duidelijke ingang, klinkers, veel groen en drempels wordt hij als het ware ‘uitgenodigd’ om zich aan de maximumsnelheid te houden.
“Voor een goede en voorspelbare weginrichting hoef je niet méér te doen dan je aan de landelijke richtlijnen houden.”
Voor een goede en voorspelbare weginrichting hoef je niet méér te doen dan je aan de landelijke richtlijnen houden. Toch gaat het in de praktijk regelmatig mis. Gemeenten veranderen een veilige situatie na klachten over geluidsoverlast of vervangen klinkers door asfalt, omdat buurtbewoners willen skeeleren. Begrijpelijk, maar een verkeerde weginrichting of politiek besluit, zoals het creëren van een ‘snorfiets’-categorie of de aanleg van smalle, flexibel afsluitbare spitsstroken, kan het gedrag van weggebruikers diepgaand en lange tijd negatief beïnvloeden. En daar kan voorlichting of educatie niet tegenop. Ook verkeershandhaving wordt lastig. Zo kreeg Amsterdam de hoge ‘voorkeurssnelheid’ van snorscooteraars zelfs met een buitensporig grote handhavingsinzet niet onder controle.
Alles uit de kast
Beleidsmakers overschatten het effect van voorlichtingscampagnes en educatie vaak. Goedkope, snelle, zichtbare en door veel partijen gesteunde maatregelen zijn populair, maar niet per se effectief. Louter inzetten op déze gedragsmaatregelen is niet voldoende. Als je het gedrag van weggebruikers wilt beïnvloeden, moet je het systematisch aanpakken en alles uit de kast halen. Te beginnen met een goede weginrichting, een slimme inzet van voertuigtechniek en waar nodig: handhaving. Een integrale inzet van deze gedragsmaatregelen is onmisbaar. Ook voor een goede inzet van per definitie schaarse verkeershandhavingscapaciteit.