Ga naar de inhoud

Hoe toezicht helpt om het grondwater in Flevoland te beschermen

Diep onder de grond van de Flevopolder bevinden zich miljoenen kubieke meters zoetwater. Meer dan 700.000 mensen in diverse provincies krijgen daar hun drinkwater uit. Maar hoe lang nog? De Omgevingsdienst Flevoland & Gooi en Vechtstreek (OFGV) wijst al jaren op groeiende bedreigingen voor het grondwater. “Hopelijk komen er daardoor snel beleidsaanscherpingen.”

Boren naar grondwater

Wat is er nodig om de grote zoetwatervoorraad in de Flevopolder te beschermen? Eén belangrijke voorwaarde is goede regelgeving. “De provincie heeft daar al belangrijke stappen in gezet”, vertelt Bastiaan van Loon, geohydroloog-beleidsmedewerker bij OFGV. “Zo heeft ze het gebied waar die voorraad onder ligt benoemd tot ‘boringsvrije zone’. Hierdoor geldt er vanaf de A6 in Almere tot aan Zeewolde een verbod om vanaf een bepaalde diepte de bodem te doorboren, vergraven en roeren. Doel is de kleilagen te behouden die voorkomen dat grondwater weglekt en vervuild raakt.”

Onverwachte bouw

De regels voor de boringsvrije zone staan in de Omgevingsverordening. Deze geeft ook aan welke activiteiten vrijgesteld zijn van het verbod op boren, graven en roeren. “Grondonderzoek en heien bijvoorbeeld”, zegt Van Loon. “Daarbij mag je wél gaten in de kleilaag maken, zij het onder voorwaarden. Zo moet je altijd het gat vullen dat je met grondonderzoek gemaakt hebt. Ook mag je alleen betonnen prefab-heipalen gebruiken die zó’n dikte en vorm hebben dat lekkage tussen de heipaal en kleilaag tot een minimum beperkt blijft.”

“Bouwen in de boringsvrije zone zou duizenden lekkages kunnen veroorzaken die samen één groot lek vormen.”

Waarom er vrijstellingen nodig waren? “De provincie dacht aanvankelijk dat de Flevopolder een landbouw- en natuurgebied zou blijven”, vertelt Fred Postema, toezichthouder bij de OFGV. “Hoogstens zou er af en toe eens een infrabouwwerk, sluis of bruggetje komen. De vrijstellingen moesten de bouw daarvan mogelijk maken.” Nooit had de provincie verwacht dat er in dit gebied vele duizenden woningen gebouwd zouden worden. Of grote distributie- en datacentra op de goedkope grond aan de A6. “Maar dat is precies wat er de afgelopen jaren gebeurd is – en nog steeds gebeurt. Dit brengt een risico met zich mee voor het grondwater.”

Creatieve bedrijven

“Als al die bouwwerkzaamheden in de boringsvrije zone de Omgevingsverordening niet volgen, kan dat duizenden lekkages veroorzaken die samen een groot lek vormen”, vervolgt Postema. Een reëel risico. “Sommige bouwers kennen de regels die in de verordening staan niet. Anderen zijn wel op de hoogte, maar niet in staat gaten goed af te dichten. En weer anderen jokken dat ze zich aan de wet- en regelgeving houden.” De regels negeren kan een bedrijf veel geld schelen, weet Postema. “Dat maakt de verleiding groot om de grenzen op te zoeken van wat mag of kan. En om na te gaan hoe groot het risico is dat je gesnapt wordt.”

“De regels negeren kan een bedrijf veel geld schelen; dat maakt de verleiding groot om de grenzen op te zoeken van wat mag.”

De OFGV doet haar best dat risico zo groot mogelijk te maken. Postema: “Als toezichthouder check ik bijvoorbeeld continu of bouwers de regels kennen en daaraan voldoen. Waar nodig zet ik projecten stil of geef ik overtredingen door. OFGV-collega’s bepalen vervolgens of een dwangsom op z’n plek is.” Van Loon vult aan: “Als OFGV hebben we de taak te signaleren of het grondwater in gevaar is. En zo ja: om op te treden en om de provincie te waarschuwen.” De OFGV laat de provincie niet alleen weten dat sommige kleilagen in de boringsvrije zone aangetast zijn. Of dat het beton waarmee grondonderzoeksgaten gevuld zijn langzaam oplost. Ze waarschuwt ook dat landelijke regelgeving toestaat dat bouwers als fundering verontreinigd afvalmateriaal gebruiken, zoals asfaltgranulaat of immobilisaat. En dat dit haast onvermijdelijk via heipalen in het grondwater belandt.”

Aangescherpt beleid

“Effectieve ingrepen vereisen een soepel lopende beleidscyclus”, stelt Van Loon. “In zo’n cyclus geven wij als uitvoerders voortdurend al onze observaties uit de praktijk door en waarschuwen provinciale beleidsmakers, zodat zij op basis daarvan hun beleid evalueren en waar nodig aanscherpen. Dit aangescherpte beleid heeft gevolgen voor de praktijk. En die gevolgen geven wij weer door in onze observaties.” Mede doordat de OFGV sinds haar ontstaan in 2013 structureel knelpunten terugkoppelt, is de beleidscyclus in Flevoland gaan lopen en is er binnenkort inderdaad een beleidsevaluatie over de grondwaterbescherming.

“Hopelijk komen er snel beleidsaanscherpingen om de boringsvrije zone beter te beschermen.”

Als toezichthouder kun je een beleidscyclus dus aanzwengelen door voortdurend observaties door te geven. “Eerst deden we dat vooral op ambtelijk niveau”, zegt Postema. “Maar inmiddels praten we vaak direct met bestuurders. En niet alleen in vergaderruimtes; er hebben de laatste tijd al meerdere gedeputeerden en wethouders een dagje meegelopen in de boringsvrije zone.” Hij hoopt dat er snel beleidsaanscherpingen komen om de zone beter te beschermen. “Dit is een superschoon gebied dat heel zuiver drinkwater biedt. Het behoort daarin tot de top van de wereld. Laten we dat zo houden!”

Zo jaagt de OFGV verbetering aan

Hoe kunnen we het grondwater beter beschermen? De OFGV gaat hierover geregeld het gesprek aan met provincies, Waterschap Zuiderzeeland, het bedrijfsleven en gemeenten. Aan gemeenten stelt ze bijvoorbeeld voor om bouwers bij vergunningverlening automatisch voor te lichten over de Omgevingsverordening. Ook oppert ze bij de provincies onder andere om strengere eisen te stellen aan de betonkwaliteit van heipalen. Met Waterschap Zuiderzeeland kwam de OFGV bovendien tot de conclusie dat oude heipalen van windmolens niet langer uit de grond getrokken moeten worden, maar afgezaagd op twee meter onder het maaiveld: dat voorkomt gaten in de kleilagen. En de Vereniging Ondernemers Technisch Bodemonderzoek (VOTB) kwam in overleg met de OFGV tot een ‘naprikmethode’: het gebruik van zwelkleistaven om grondonderzoeksgaten zo diep mogelijk af te dichten.