Ga naar de inhoud

“Tijd is een cruciale factor in toezicht”

Wanneer ben je als toezichthouder ‘op tijd’ met ingrijpen? En hoe kies je het juiste moment? Wat op het ene moment een goede interventie is, kan op een ander moment heel verkeerd uitpakken. Aandacht voor tijd in het toezicht is dus ook van cruciaal belang. Over het ‘tijdigen van bestuur en beleid’ rondde ToeZine-columnist Jorren Scherpenisse onlangs zijn proefschrift af.

Wekker valt en de cijfers van de tijd vallen uit de wekker

Jorren Scherpenisse deed onderzoek naar de factor tijd in het openbaar bestuur. Op 19 november verdedigde hij aan de Universiteit Utrecht zijn proefschrift ‘Tucht van de tijd: over het tijdigen van bestuur en beleid’. In het boek verkent hij de betekenis van tijd voor professionals in het openbaar bestuur. Hiervoor deed hij onderzoek in diverse domeinen en soorten organisaties in de publieke sector.

Tijdtermen verklaard

Scherpenisse hanteert in zijn proefschrift vijf ‘sensitizing concepts’, ofwel zoeklichten om temporele vraagstukken en de temporele dynamiek daarin te benaderen. Deze zoeklichten werpen een bepaald licht op de factor tijd in een vraagstuk, en zeggen ook iets over de wijze van beïnvloeding die daaruit voortvloeit:

  • Tijdverloop: de temporele orde en de beïnvloeding van processen;
  • Tempo: de snelheid of traagheid van processen en de beïnvloeding van tijdsdruk;
  • Timing: de rol van momenten en het beïnvloeden van tijdstippen;
  • Tijdhorizon: tijdbeleving en de beïnvloeding van tijdsbesef;
  • Gelijktijdigheid: het naast elkaar bestaan van verschillende tijden en het beïnvloeden van interacties daartussen.

Deze zoeklichten hanteert hij niet als vooraf opgelegd raster voor de analyse van de praktijk, maar als gidsend naar interessante en relevante richtingen om de factor tijd in casuïstiek uit de praktijk van beleid, uitvoering en toezicht nader te verkennen, te verrijken en uit te werken.

Professionele intuïtie

“De eerste associatie die mensen vaak hebben met tijd, is die van een klok, die op de achtergrond eentonig meetikt”, vertelt Scherpenisse. “Maar uit mijn onderzoek blijkt dat tijd veel meer is dan dat. Tijd betekent vaak het verschil tussen slagen en falen en vergt dagelijkse strategische afwegingen, bijvoorbeeld als het gaat om de keuze om te versnellen om te vertragen. Politici zetten tijd in voor strategische doelen, bijvoorbeeld door de timing van een boodschap of door tijd te kopen met het instellen van een onderzoekscommissie. In mijn onderzoek keek ik naar professionals die op strategisch niveau werken aan beleid, uitvoering en toezicht. Zij moeten in staat zijn om de juiste tijd af te wachten, processen te vertragen of versnellen. Maar wat het juiste moment is, kunnen zij niet van hun horloge aflezen. Dat vergt professionele intuïtie, zoals het inschatten van tijdverloop en momentum.”

“Professionals moeten in staat zijn om de juiste tijd af te wachten, processen te vertragen of versnellen.”

Tijdsensitief maken van toezicht

Handhaving is niet altijd tijdsensitief, vindt Scherpenisse. “In de meest eenvoudige vorm is er een norm. En als een organisatie zich onder die norm bevindt, dan volgt er een interventie. In zo’n benadering wordt echter geen rekening gehouden met wat de beweging is die de organisatie aan het maken is. Een instelling die al jaren in een neerwaartse spiraal zit, maar nog wel net boven de norm, krijgt geen intensiever toezichtarrangement. Terwijl een instelling die diep in de problemen zat, maar aantoonbaar de weg naar boven heeft ingezet, wel een sanctie kan verwachten als het nog net onder de norm zit, zelfs als die sanctie de opwaartse dynamiek afremt of lamslaat.”

“Om effectiever te worden, is het van belang dat professionals tijdigen.”

Scherpenisse laat zien hoe beleidsambities, ook in het toezicht, vaak mislukken vanwege de timing, het tempo of de tijdhorizon ervan. Om effectiever te worden is het dan van belang dat professionals tijdigen. Inschatten welke beweging een instelling doormaakt: met een bepaalde richting, snelheid en stabiliteit of grilligheid. En op basis daarvan bewust keuzes maken in de eigen omgang met tijd. Scherpenisse ontwikkelde daarvoor ‘taal voor tijd’. “Wat de beweging is, kun je allereerst in beeld krijgen door een langere tijdhorizon te hanteren: van momentopname naar lange-termijn-verandering. Daarnaast is het belangrijk om te analyseren of iets een eenmalige opleving is, of dat er sprake is van een patroon of duurzame verbetering.”

Timing en gelijktijdigheid

Naast de tijdhorizon gaat het ook om timing, aldus Scherpenisse. “Vaak wordt gezegd dat een toezichthouder te laat ingreep. Maar wat is het juiste moment om toezicht te houden en interventies te plegen? Daarvoor is inzicht nodig in het tijdverloop en het tempo van de ontwikkelingen. Als er sprake is van gradueel verergerende of verbeterende processen, dan is een andere timing en ritme van toezicht nodig dan bij exponentieel groeiende risico’s of kansen.”

“Snel ingrijpen of even wachten, stoppen of volhouden, behouden of vernieuwen; uit mijn onderzoek blijkt dat professionals dagelijks dit soort afwegingen maken.”

Daarnaast is er oog nodig voor gelijktijdigheid. Het falen of slagen van beleidsplannen kan bijvoorbeeld bepaald worden door gelijktijdige gebeurtenissen die een impuls geven of het plan juist in de schaduw zetten. Scherpenisse: “Snel ingrijpen of even wachten, stoppen of volhouden, behouden of vernieuwen; uit mijn onderzoek blijkt dat professionals dagelijks dit soort afwegingen maken. Goed omgaan met tijd is onderdeel van de kunst en kunde van goed besturen. Het proefschrift biedt daarom taal voor tijd, maar ook tijdstrategieën voor deze professionals. En verschillende casussen waarin zichtbaar wordt hoe tijd op verschillende manieren van doorslaggevend belang kan zijn en hoe professionals, ook in het toezicht, daar bewust mee om kunnen gaan.”

Nieuwe columnist

Jorren Scherpenisse heeft afgelopen periode met veel enthousiasme columns voor ToeZine verzorgd. Hij is daarbij vooral ingegaan op de factor tijd in relatie tot toezicht en handhaving. De redactie dankt Jorren hartelijk voor zijn inspirerende bijdragen. Hij geeft het stokje over aan Lieke Sievers, burgemeester van de gemeente Edam/Volendam en initiatiefnemer van het BOA-platform. Zij zal het komende jaar deze column verzorgen.