Ga naar de inhoud

Op naar Brussel (en Straatsburg)!

In nationaal beleid wordt toezichtservaring zelden spontaan meegewogen, laat staan als het gaat om Europees beleid. Met alle risico’s van dien. Daarom pleit inspecteur-generaal van de Nederlandse Arbeidsinspectie én onze nieuwe ToeZine-columnist Rits de Boer ervoor om lessen uit het toezicht bij de Europese Commissie en het Europees Parlement neer te leggen. Zeker nu zij ambitieuze wetgevingsagenda’s hebben voor de komende jaren.

Rits de Boer, inspecteur-generaal van de Nederlandse Arbeidsinspectie én onze nieuwe ToeZine-columnist
Rits de Boer, inspecteur-generaal van de Nederlandse Arbeidsinspectie én onze nieuwe ToeZine-columnist

Al gehoord van de EU-talentenpool? Op grond van toezichtservaringen moet je betwijfelen of dat wel een goed idee is. Wat is er aan de hand?

Talent van buiten Europa

Afgelopen november heeft de Europese Commissie voorstellen gedaan om meer talent van buiten de Europese Unie aan te trekken. Via een te bouwen portaal moeten talenten van buiten de EU en werkgevers in de EU elkaar vinden, zo is de gedachte. Zodat bedrijven professionals van buiten de EU in dienst kunnen nemen voor beroepen waar tekorten in zijn. Inmiddels onderhandelt het Europees Parlement over dit onderwerp, wat tot nieuwe Europese wetgeving op dit vlak moet leiden.

Nederland was kritisch, maar onder de ministers van de Raad van de EU – met daarin een minister uit elke lidstaat – was best veel draagvlak. Opvallend, omdat lidstaten in de praktijk juist met migratie in hun maag zitten. In Duitsland was de ophef vorig jaar groot over onderbetaalde vrachtwagenchauffeurs uit Azië die via Polen waren binnengekomen en die waarschijnlijk via corrupte kanalen elders in de EU een werkvergunning kochten. Of zie de migratiewet in Frankrijk die een zeer verhitte parlementaire behandeling had in december en daarna door de grondwettelijke raad voor een deel werd geschrapt.

Je zou dus denken dat het verhaal van de Europese Commissie om de deur voor ‘talent’ van buiten de EU open te zetten niet voor zoete koek wordt geslikt.

Misstanden en fraude

Ook Nederlandse toezichtservaringen met regelingen om mensen van buiten de EU te halen voor specifieke beroepen spreken boekdelen. Een ‘specialiteitenkok’ die helemaal niet kookt of bakt, maar fulltime afwasser is. Of een ‘kennismigrant’ die ongeschoold werk doet en een deel van zijn girale loon weer in cash moet teruggeven aan de werkgever. De rapporten en jaarverslagen van de Nederlandse Arbeidsinspectie bevatten deze en vele andere voorbeelden van wantoestanden.

“Derdelanders krijgen niet eens een tweederangs, maar een derderangs behandeling.”

Regelingen voor specifieke beroepen helpen zeker om mensen aan te nemen voor beroepen waar een tekort aan is, maar leiden ook tot misstanden als onderbetaling en migratiefraude. Dit komt omdat het recht om in de EU te werken en wonen heel erg waardevol is voor heel veel mensen buiten de EU. Dat stimuleert frauduleuze verdienmodellen. De regeling voor gespecialiseerde koks van buiten de EU is niet voor niets afgeschaft door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. En in de transportsector zien we ook zonder de talentenpool al een groeiend aantal zogenoemde ‘derdelanders’, oftewel mensen die niet uit een EU-land komen. Ze komen in het ene land binnen om te werken maar gaan daarna in een ander EU-land aan de slag. Dat is legitiem bij een detachering, maar kan ook om een fake detachering gaan om migratieregels te omzeilen. De Adviesraad Migratie rapporteerde recent dat zij niet eens een tweederangs, maar een derderangs behandeling krijgen.

Grotere belangen

Onze toezichtservaringen verschijnen helaas nog niet echt op de Brusselse radar. De Commissie heeft andere zorgen en dat is ook nog wel te begrijpen. Zij kijkt naar de EU als geheel. En ziet dan dat het geboortecijfer eigenlijk overal onder het vervangingsniveau (reproduction rate) ligt. Dus zonder migratie daalt de Europese (beroeps)bevolking jaarlijks. En dus daalt de invloed van de EU, want zo werkt macht. Geopolitiek is het ook handig voor Brussel om toegang tot de Europese arbeidsmarkt in onderhandelingen met landen buiten de EU te betrekken, want toegang tot welvaart is begerenswaardig. Het komt onder meer goed van pas bij deals met landen op de Balkan, in Azië, het Midden-Oosten en Afrika.

Race om talent?

De acties van de Europese Commissie zijn best begrijpelijk. Europa doet zo mee aan de race om zoveel mogelijk internationaal hoog opgeleid talent binnen te halen. Daarmee appelleert de Commissie vooral aan competitiedrang: we mogen in die race niet achterblijven. Dus moet het met de EU-talentenpool makkelijker worden voor talent om onze kant (EU) op te komen.

“Het is raar om niet eerst interne arbeidsmobiliteit te vergroten voor je externe mobiliteit stimuleert.”

Maar dat appel gaat eraan voorbij dat de EU al een magneet is. Het aantal arbeidsmigranten van buiten de grenzen is bijna dubbel zo groot als het aantal Europese burgers dat in een ander EU-land woont en werkt. Het is raar om niet de interne arbeidsmobiliteit eerst verder te vergroten voordat je externe mobiliteit stimuleert. Zeker omdat er nog genoeg van onze mede EU-burgers werkloos zijn. En het beeld van een wereldwijde race is wellicht adequaat voor promovendi in de IT of techniek. Maar de Commissie heeft vrachtwagenchauffeurs, schoonmakers, slagers en hotelmedewerkers opgenomen in de lijst met beroepen waar een tekort aan is. Is dat een race om talent of gewoon een zoektocht naar goedkope arbeid?

Gevolgen vrij verkeer

De Commissie drukt op de soevereiniteitsknop. Lidstaten mogen zelf bepalen of ze meedoen met de EU-talentenpool! Maar de soevereiniteitsknop is een fopknop. De toezichtspraktijk van arbeidsinspecties in alle lidstaten toont namelijk overduidelijk aan dat zeker bij de genoemde beroepen flinke misstanden te zien zijn. En toezicht wijst uit dat wanneer migranten eenmaal ‘binnen’ zijn in de EU, zij gaan waar het werk hen brengt. Logisch. Lidstaten die niet mee zouden doen met de talentenpool krijgen via het vrije verkeer daarom alsnog wel degelijk te maken met de migranten die andere lidstaten hebben binnengehaald en de mogelijke misstanden daaromheen.

Meer input vanuit toezicht

In contrast met deze lagere drempels voor arbeid in de vorm van de talentenpool, staan minstens zo ambitieuze plannen voor hogere drempels, zoals voor product- en markttoezicht bij de EU-buitengrens, AI en sociaal en maatschappelijk verantwoord ondernemen. Dat varieert van wetgeving voor de levenscyclus van batterijen tot wetgeving over toe te laten machines en speelgoed. De vraag hoe uitvoerbaar en ‘toezichtbaar’ die ideeën zijn, staat niet voorop.

“Het is in Nederlands belang om beleidsvorming in de EU in een vroeg stadium te voeden met realiteitszin.”

Op al die terreinen is het van belang om met toezichtservaringen in Nederland in de hand de beleidsvorming in de EU in een vroeg stadium te voeden met realiteitszin. Op dus naar Brussel, Straatsburg en al die andere bijeenkomsten waar Europa verder vorm krijgt.